Algemene beschouwingen van de materialen van 1935 t/m de zeventiger jaren.

Er dient van uit te worden gegaan dat we hier temaken hebben met speelgoed en geen verzamel objecten. Het verzamelen van deze speelgoederen is pas in de begin 80 jaren opgekomen. In deze periode kregen de objecten dan ook pas een verzamel of beleggingswaarde.

We zien dan ook dat er zeer weinig materiaal uit deze periode bestaat, waar niet mee gereden is. Veel materiaal is dan ook aan het speelgenot onderhavig geweest. Het is dan ook begrijpelijk dat zeer veel materiaal is gerestoreerd en of overgespoten. Mede de staat van restoratie bepaald de waarde van een object. In het algemeen kan gesteld worden, dat de oudere stukken zeldzamer op de markt worden en hierdoor is aan te nemen, dat de stukken beduidend meer waard zullen worden of reeds zijn.

Zinkpest
Veel materiaal van af 1935 t/m 1955 zijn van tin of een legering hiervan. Materialen uit die tijd hebben veelal zink pest e.e.a. komt door de slechte legeringen vooral de materialen van af 1935 t/m 1950. De oorlogsjaren zijn hier debet aan. Meer over zink- en tinpest leest u hieronder.

Verfwerk
Ook het verfwerk laat hier en daar te wensen over. Belettering werd veelal uitgevoerd d.m.v. zeefdruk en ook wel handmatig. Bij het overspuiten van de materialen, zien we vaak dat deze gelijkmatiger zijn uitgevoerd ten opzichte van het verfwerk uit die jaren.

Blik
Ook de wagonnetjes, gebouwen e.d. welke van blik waren, zijn niet altijd onbeschadigd en ongekreukt uit deze tijdspanne tevoorschijn gekomen. Met het corrigeren van deze materialen, dient men dan ook zeer voorzichtig te werk te gaan, aangezien we met zeer dun materiaal te maken hebben, wat eerder meer beschadigt als men dit gaat corrigeren.

Verpakking
Locomotieven uit die periode werden altijd in doosjes geleverd en extra verpakt in voor die tijd vet vrij- c.q (dun ribbelkarton) papier. De wagonnetjes werden niet in papier verpakt. Dit papier zien we mindervaak als de doosjes zelf. Ook de doosjes hebben waarde.

Materialen zonder verpakking zijn in het algemeen minder waard. De doosjes uit de begin jaren ( 1947 t/m 1957 ) waren in verschillende kleuren uitgevoerd. Rood, Blauw en Groen eerdere doosjes waren van Bruin karton. De meest bekende kleur waren de rode doosjes.



Zinkpest / Tinpest

Zinkpest een omstreden woord is in feite niets anders als oxideren Het oorspronkelijke, zilverachtige uiterlijk van een gegoten onderdeel in beginsel een zilver uiterlijk,wordt dan grauw en grijs. In tegenstelling tot de oxidatie bij ijzer beschermt de oxidatie bij zinken stukken het voorwerp voor verdere aantasting. Zink is niet magnetisch. Zoiets als 'zinkpest' bestaat niet, er is slechts 'tinpest'. De witte aanslag is slechts oxidatie. We zien dan ook regelmatig op wagens en locomotieven de oxidatie ontstaan. Het reinigen van deze oxidatie vormen is mogelijk maar zeer gevaarlijk voor verdere aantasting van de objecten door het reinigingsmiddel.

Opbouw en productie wijze.
Vanaf de dertiger jaren werd naast plaatstaal door Marklin zink spuitgietwerk toegepast. In de eerste instantie de locomotieven en net na de 2e wereld oorlog de goederen wagens. De toegepaste legering bestaat uit ca. 95% zink, ca. 4% aluminium, ca. 1% koper, ca. 0,03% magnesium en nog een aantal geringe toevoegingen van andere metalen.

Doordat men bij Marklin in de beginjaren handmatig met verkeerde mengverhoudingen werkte, was dit vroeger de oorzaak van de gevreesde zinkpest, een ongewenst kristallisatieproces bij metaal. Tegenwoordig verwerkt zinkdrukwerk bij Marklin, is daarentegen door goede geautomatiseerde productie processen, grotendeels corrosiebestendig en tijdloos goede materialen.

Tinpest
Zoals al gesteld komt dit voor uit de meng verhoudingen bij Marklin van het spuitgietwerk. We zien dan ook 2 varianten ontstaan in de materialen tot de zestiger jaren.

  • 1e de witte uitslag op de wagens ( op de Bruine wagens is dit zeer goed te zien ) "Zinkpest"
  • 2e de tinpest verkeerde legeringprocessen, stukjes metaal springen van de locomotieven af of delen breken af.

Let op:

Reinigen van de betreffende zinkpest.
Zinkpest laat zich slecht behandelen en komt veelal in de loop der jaren terug. Men zou met een verdunning van citroenzuur en een kwastje het betreffende object kunnen behandelen maar hiermee kan het materiaal en de verflaag worden aangetast. Een nieuwe verflaag is dan ook bijna onontbeerlijk. Het betekend dan ook reviseren in de ruimste zin van het woord. Let wel op citroenzuur tast koper aan hetgeen in de legering is verwerkt. Polijsten en opnieuw spuiten is de beste oplossing. Aangeslagen locomotieven en wagens hebben een zeer lage waarde met een goed uitgevoerde revisie kan het object alleen maar in waarde stijgen.